De B&B van het echtpaar beschikt over drie gastenkamers met elk een eigen sanitaire voorziening en een gezamenlijke toegang. Daarnaast is er een gemeenschappelijke ruimte, waar de gasten kunnen ontbijten. In hun aangifte inkomstenbelasting heeft het echtpaar de KIA van de winst afgetrokken, ervan uitgaande dat ze hiervoor in aanmerking komen.
De aanslag van de ene echtgenoot is vastgesteld conform de ingediende aangifte. Bij de behandeling van de aangifte van de andere echtgenoot heeft de inspecteur het standpunt ingenomen dat het echtpaar geen recht heeft op de KIA omdat is geïnvesteerd in een woonhuis. Dergelijke investeringen zijn uitgezonderd van de KIA. De inspecteur heeft een navorderingsaanslag opgelegd om de toegekende KIA ongedaan te maken.
Het echtpaar diende een bezwaarschrift in, maar de inspecteur verklaarde dit ongegrond. Hierop gingen ze in beroep bij de rechtbank, die hun beroep gegrond verklaarde. De inspecteur ging niet akkoord met het vonnis van de rechtbank en ging in hoger beroep. De vraag die het hof moest beantwoorden is of de gastenkamers van de B&B moeten worden beschouwd als woonhuizen of gedeelten van andere zaken die voor bewoning bestemd zijn.
Oordeel
Het hof is van oordeel dat de gastenkamers geen opstallen zijn, die naar aard en inrichting als woningen bestemd zijn. Een belangrijke overweging hierbij is dat de gastenkamers niet over een eigen woonkamer en keuken beschikken, waardoor de gasten niet in staat zijn zelf maaltijden te bereiden. De badkamers in de gastenkamers zijn als inbouwcabines ingebouwd en bieden slechts minimale voorzieningen. Het hof concludeert dat de gastenkamers niet onder de definitie van woonhuizen vallen in de zin van de Wet op de inkomstenbelasting. Het hof oordeelt, net als de rechtbank, dat het echtpaar daarom recht heeft op de KIA.
Bent u eigenaar van een B&B of overweegt u uw woning te verbouwen om een B&B te starten? Neem dan contact met ons op om te bespreken hoe u, met de juiste informatie, aanspraak kunt maken op KIA voor uw investeringen. Met de juiste voorbereiding kunt u wellicht ook profiteren van dit fiscale voordeel.
Bron: Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch | jurisprudentie | ECLINLGHSHE20242142, 22/1527 | 02-07-2024